Bertolf – Paradiso Amsterdam, 15 december 2010

15122010005

Met het vaste Bertolf-concert-bezoek-groepje sta ik mij hier te realiseren dat dit al de vijfde keer is dat ik deze jongeman en zijn band sta te bekijken. Dat het enorm leuk is om te zien wat voor groei ze hebben doorgemaakt en dat dit concert waarschijnlijk de beste van de vijf tot nu toe is dat ik heb gezien. Het rock-dier in Bertolf is heel langzaam maar zeker aan het ontwaken. Dus nu eens niet een zo voor de hand liggend Beatles nummer, maar Paranoid Android van Radiohead, met een fantastische zanghoofdrol voor gitarist Bas Wilberink, die de zeer moeilijke hoge zanglijn vloeiend ten gehore brengt en daarbij dicht tegen het origineel van Thom Yorke aan zit, waarna Bertolf het van hem over neemt en er meteen een ver-Bertolfde versie van maakt. Erg leuk. En het rockt als een tierelier. Net zo makkelijk neemt Bertolf zelf de spotlight als de band van het podium verdwijnt en het nummer Me & My Guitar speelt, waarop hij zoveel positieve reacties kreeg toen hij dit op tv bij DWDD speelde. Ik hoor het hier voor het eerst en ben zeer onder de indruk. Dat is geen gemakkelijk riedeltje dat hij daar uit zijn gitaar laat komen.

De laatste cd Snakes & Ladders liet ook al een steviger geluid horen dat met de band in deze samenstelling live uitermate goed tot zijn recht komt. De nummers zitten in hun gestel, de tournee is een tijdje onderweg en een zekere mate van ontspanning geeft het spelplezier des te meer ruimte. Zelfs een nummer als Beggin’, dat ik nu niet de leukste cover vind, omdat het door Bertolf’s zang wat zeurderig werd, is ondertussen geevolueerd tot een veel aangenamere, pittigere versie.

Waar ze misschien wel mee op moeten passen, is dat de vele covers niet de attractie van de show gaan worden. Zelfs het in mijn oren wat suffige eigen nummer Mr. Light wordt onderbroken door een stukje Mr. Blue Sky van E.L.O.. Het is grappig, maar onnodig. Want de meeste van Bertolf’s songs zijn sterk genoeg om op eigen benen te staan. Het is namelijk genieten van bijvoorbeeld het grootse Cut Me Loose, de aparte uitvoering van Patty Lane en het indringende My Loneliness om maar wat te noemen. En laten we ook het nummer niet vergeten waar alles mee is begonnen en waarmee dit concert wordt beeindigd: Another Day.

En Bertolf zelf? Die blijft toch nog steeds die lieve aardige jongen die het publiek vraagt om mee te klappen en zingen, “maar alleen als je het wilt hoor, anders hoeft het niet”.

Bertolf, Kaaspop Edam, 19 juni 2010

DSC01134

Deze ochtend bestel ik kaartjes voor ‘Bertolf’, die op 15 december in de kleine zaal in Paradiso speelt. Later vandaag zal hij op Kaaspop in Edam spelen, een gratis festival een minuut of twintig rijden van mijn woonplaats. Als het weer niet te veel tegen zit gaan we met kinderen en vrienden een kijkje nemen.

De straten zijn oranje gekleurd. Vandaag speelt Nederland zijn tweede wedstrijd in het WK. Tegen Japan dit keer. Net als tegen Denemarken wil het niet echt vlotten. Balbezit te over, maar pogingen tot scoren zijn op een hand te tellen. Saai dus. Gelukkig scoren ‘we’ wel en hebben ‘we’ nu twee wedstrijden op rij gewonnen. Iets dat niet veel andere landen ons na kunnen zeggen. We hebben de wedstrijd thuis gekeken, maar hadden dit ook op Kaaspop kunnen doen. Vanaf 12:00 uur is men daar al bezig met muziek, wedstrijd en meer muziek. Maar vooral ook drinken!

DSC01131

Als Bertolf om 19:00 uur opkomt in zijn oranje vest met ‘Bertolf van Holland’ achterop, hebben de meeste Edammers al aardig wat pintjes achter de kiezen. Een gratis festival is iets aparts. Iedereen uit de buurt komt er kijken, van klein tot groot, van jong tot oud. Het maakt niet zo heel veel uit wat er speelt, als het maar gezellig is. Die gezelligheid komt dan meestal uit een bierglas. Het podium bevindt zich op de Kaasmarkt, in het centrum van dit dorp. De open tent constructie biedt droogte tijdens de buien. De ruimte tussen het podium en de eerste toeschouwers is enkele meters lang. Daarin zie ik kleine blonde meisjes op de step voorbij komen, zich nestelen op de speakers, hun jonge oortjes vergallen. Als optredend bandje hoef je er niet echt op te rekenen dat mensen speciaal voor jou zijn gekomen. Laat staan als het een zo lokaal klein festival is als dit. Eerder deze dag traden bijvoorbeeld ‘Koek & the Pack’(?) op en een cover band genaamd ‘The Polease’ uit Amsterdam, die maar liefst 74 vrienden op MySpace heeft. Over lokaal en kleinschalig gesproken. Dat neemt niet weg dat deze laatste band de songs van The Police zeer aardig in de vingers heeft en ‘Bertolf’ ook brood op de plank moet hebben.

Met een nieuwe, wat stevigere (fijn!) cd onder de arm en een nieuwe, uiterlijk wat meer bij de rest van de band horend uitziende gitarist in de gelederen, die ook nog verdraaid goed kan spelen én zingen, heeft de band een uur de tijd om ons te laten genieten van oud en nieuw werk. ‘Mr. Light’, de fantastische nieuwe single ‘Cut Me Loose’, ‘Two In A Million’, ‘Snakes & Ladders’, ‘Say Something’ met de mooie samenzang aan het einde. Maar ook de van Giel Beelen bekende cover ‘Begging’ (Frankie Vallie) en natuurlijk een ode aan de Beatles met ‘Don’t Let Me Down’. Ik sta vooraan, aan de rand van het niemandsland waarin kinderen spelen en af en toe een dronken boer zich met blik op oneindig begeeft, om met één hand een luchtgitaar te bedienen omdat hij in de andere een glas bier heeft waaruit onherroepelijk meer dan de helft wordt verspild tijdens deze act. Ik kijk eens achter mij en zie waar Bertolf de hele tijd naar moet kijken. Daar wordt je niet vrolijk van. Van het lauwe applaus trouwens ook niet. Een man die naar voren loopt en doodleuk een verzoeknummer neerlegt van de Beatles is nog tot daar aan toe. ‘Maybe I’m Amazed’. Bertolf zegt dat dit ook zijn favoriete nummer is, maar dat ze het niet hebben geoefend. Hij zet het nummer toch even in… Maar zo’n sukkel die even later ook naar voren komt en Bertolf iets vraagt, waarna deze geheel ten dienste van de bezoeker iemand feliciteert met zijn veertiende verjaardag is van een ‘mag ik nog even de groeten doen aan mijn moeder op de radio-niveau’ dat je broek er van afzakt. Helemaal als het een grap blijkt en de al dan niet echt jarige een volwassen kerel blijkt te zijn. Goh, wat leuk. Wat later lijkt Bertolf een kleine steek onder water terug te geven als hij ‘Emperor’s New Clothes’ aankondigt. De tekst heeft hij geschreven over het feit dat veel mensen geen eigen mening meer hebben en klakkeloos napraten wat de media hen voorschrijven. “Iets waar ik me over opwind”, zegt hij, “maar daar zullen jullie niet zo veel last van hebben”. Geen boer, uhm haan die er naar kraait.

Ondanks het feit dat Bertolf het publiek herhaaldelijk verzoekt om de handjes in de lucht te doen (een simpele opdracht die tot niet al te veel problemen moet leiden, moet hij gedacht hebben) zie je de band voornamelijk heel erg veel spelplezier samen hebben. Gelukkig is dat er nog, anders zou je al snel je gitaar aan de wilgen hangen denk ik. De set wordt afgesloten met zijn eerste en bekendste hit ‘Another Day’. Er staan ondertussen twee tienermeisjes rechts voor me mee te zingen en deinen.

Backstage komen was nog nooit zo simpel (want niet afgeschermd) en ik zie de twee meisjes na het concert aan de zijkant met de vriendelijke blonde zanger praten. De dronken luchtgitaar spelende boerenpummel staat er ook bij. De meisjes gebaren. Er worden foto’s gemaakt. Meisje 1 met Bertolf. Meisje 2 met Bertolf. Meisje 1 én 2 met Bertolf. Dan vraagt meisje 1 hem nog iets, en, vooruit, ook die wens wordt ingewilligd en er volgt een knuffel. Ook voor meisje 2 natuurlijk. De pummel staat er bij en kijkt er naar. Bertolf blijft de vriendelijkheid zelve.

Al met al een aardig concert, vol goede bedoelingen, met veel omgevingsruis, slecht geluid (waar wij stonden althans; achterin was het beter) en belabberd publiek. Ik kijk uit naar de betere omstandigheden in Paradiso aan het einde van het jaar.


Bertolf – Patronaat Haarlem, 17 oktober 2009

Bertolf 1

Vol bewondering kijk ik naar mijn vriend. Hij heeft een gitaar om zijn nek. We zitten in een prachtig huisje in het Loire-gebied in Frankrijk. Onze vrouwen liggen in de zon. Onze kinderen spelen in de tuin. Mijn vriend beluistert aandachtig een liedje dat klinkt op de iPod. Luisteren, terugspoelen, opnieuw luisteren en ondertussen op zijn gitaar de akkoorden vinden, de melodielijn na spelen. Binnen de kortste keren is hij er uit en kan hij het nummer meespelen. Ik sta versteld in bewondering. Wat een rijkdom om dat zo te kunnen. Om uberhaupt een instrument te kunnen spelen. Als ik ergens spijt van heb, dan is het wel dat ik te lui ben om het te leren. Dus voed ik mij met zijn kunnen. Met wat hij ten gehore brengt.

Gezamenlijke favorieten komen langs. Tim Christensen. En kun je dan ook ‘Secrets On Parade’ uitvogelen? Een half uur later speelt en zingt hij het voor me. Kippenvel. Wat een magistraal nummer is dat ook. Van Tim naar Bertolf. We merken dat Bertolf af en toe goed heeft geluisterd naar Tim. Opzichtig zoals het begin van ‘Broken Beyond Repair’, subtiel in de manier waarop binnen een akkoord net een andere snaar wordt gepakt. Ik merk dat mijn gehoor goed is. Dat ik de dingen goed hoor, maar het helaas niet kan verwoorden via een instrument. Wel aan kan geven dat het net anders klinkt, maar geen idee heb welke snaar op welke hoogte er dan ingedrukt moet worden. Laat staan hoe de noot heet. Muziek maken is een fantastisch iets.

Bertolf kwam dus voorbij daar in Frankrijk. Hoewel ik zijn muziek wat te braaf vind, ben ik wel degelijk gecharmeerd van zijn muzikaliteit en zijn fantastische stem. Het is niet voor niets dat ik hem nu voor de derde keer ga zien. Met de gitaarvriend. En zonnende vrouwen die dat nu niet doen. Het concert is in de niet uitverkochte kleine zaal, die nu onderdak biedt aan zo’n honderdvijftig man, die voornamelijk uit vrouwen bestaan. Het voorprogramma is al bezig als we aankomen. Er staan drie meisjes helemaal vooraan. Achter hen een lege ruimte en dan pas de rest van het publiek dat ongepaste afstand bewaart. Ik grap dat de Stud Muffins in ieder geval drie fans hebben. Maar het blijken de hardcore fans van Bertolf zelf, die daar waarschijnlijk al sinds het open gaan van de deuren staan te wachten op hun held. De held komt op. Het gaat allemaal gemoedelijk. Van beide kanten. De zoete liedjes komen voorbij, goed gespeeld, maar met weinig geestdrift. Keurig, zeg maar. De band beweegt echt nauwelijks. Er is ook weinig interactie. Wat zou ik deze groep mensen graag een keer in de oefenruimte uit hun dak zien gaan. Of misschien gaan ze dat daar ook wel niet. De drummer laat als enige soms een gefrustreerde roffel horen die een bijna getemd beest in hem doet vermoeden. Ten opzichte van eerdere optredens is er wel wat veranderd. Midden in de set wordt een speciale microfoon op het podium gezet die alle geluid er om heen heel goed opvangt. De band speelt rond deze microfoon een aparte uitvoering van ‘Home’. Bertolf pakt daarna een soort ukelele, heeft het grappenderwijs over een homo-instrument, maar dat hij toch al niet te hetero overkomt en zet een prachtversie van ‘The Way I Love You Now’ in. The Beatles komen voorbij met één van hun nu niet al te spannende nummers ‘Don’t Let Me Down’, maar wat diepe indruk maakt is de manier waarop dit nummer superstrak, krachtig en zo zuiver als maar kan tweestemmig wordt ingezet. Ook de van de sessie bij Giel Beelen bekende cover van (nee, niet Madcon, maar Frankie Valli & The Four Seasons) Beggin’ wordt gespeeld. Goed. Deugdelijk. Maar ik ben er niet kapot van. Het lijkt wel of er geen oneffenheden mogen zitten in de muziek van Bertolf. Smooth is the word.

Het laatste nummer is gespeeld en de band verlaat het podium, maar niet voordat Bertolf snel in de microfoon roept dat ze nog terugkomen om twee nummers te spelen, waarna ze binnen een minuut al weer terug zijn om daar aan te beginnen. “We weten nog niet precies hoe het publiek reageert bij deze clubtour”, legt Bertolf uit. “Daarom komen we binnen vijf seconden terug”, grapt hij. De (misschien wel) nieuwe single ‘Stereotypes’ wordt gespeeld, gevolgd door het echt laatste nummer ‘Mr. Light’. Waar vroeger de aanstekers dienst deden, weet Bertolf dat de tijden zijn veranderd en dus spoort hij de mensen aan hun mobieltjes in de lucht te steken om de titel van het nummer op passende wijze te illustreren.

Het optreden is iets losser dan het optreden dat ik een half jaar geleden in Katwijk aan Zee zag. Maar…

Lieve Bertolf, probeer het de volgende keer wat spannender te maken. Vlieg eens lekker uit de bocht, verzand eens in een jam met je drummer die zo graag lijkt te willen, doe eens een cover die niet wordt geintegreerd in je straatje, wees niet bang om een volgende stap te zetten. Het nieuwe nummer ‘Cut Me Loose’, dat ik deze keer niet heb gehoord helaas, is een goede eerste zet. Ja, ik ben en blijf een zeur, maar zie een nog groter potentieel dan nu wordt aangeboord. Vandaar. Maar denk maar zo, ik ben je niet voor niets al drie keer komen bekijken!

Bertolf / De Jeugd Van Tegenwoordig – Reuring Cityslam Purmerend, 28 juni 2009

Reuring Cityslam

Dio.

Dio? Ronnie James Dio?

Nee, Dio, van “Tijdmachine”.

Generatieverschil in een notendop. Maar ik ken allebei de Dio’s, en mijn dochter alleen die rapper. Dus ik meteen voor de grap laten zien op YouTube wie Ronnie James Dio dan wel is. Dan kom je al gauw uit bij zijn lachwekkende videoclip voor Holy Diver, waar het kleine mannetje met de grote stem bijna de hele clip wat doelloos rondloopt, vooral zwaaiend met een stoer zwaard. Een dijk van een stem, dat wel. Maar verder ben ik nooit fan geweest van zijn muziek, noch van de muziek van de grote bands (Rainbow, Black Sabbath…) waar hij in heeft gezeten. En toch had ik een live-opname van hem, Vredenburg, Utrecht van 4 december 1983.

Het was de tijd dat ik heel intensief bezig was met het uitwisselen van live opnames. Dat ging dan per cassettebandjes. Mijn speerpunt was The Police. Daar wilde ik alles van hebben en daar heb ik ook hele tournees van bij elkaar gespaard. Dat begon ooit met een paar opnames, van de radio of via vrienden gekregen. The Police fanclub in Engeland gaf een blaadje uit, waarin dan namen stonden van gelijkgestemden, ‘tapetraders’, die graag opnames wilden ruilen. Voor ik het wist had ik een netwerk van tapetraders over de gehele aardbol (van Japan tot Argentinië; van Spanje tot Zweden) en vielen er bijna dagelijks pakjes op de deurmat met nieuwe cassettes met verborgen geheimen. De verzamellijst werd groter en groter en al gauw was het een uitdaging om je lijst zo mooi mogelijk uitgevoerd (als een boekwerk) te publiceren. Eén van mijn laatste lijsten had een doorzichtig plastic omhulsel zodat je het voorblad met logo goed kon zien. Daarachter alles gecategoriseerd op onderdeel (live audio, video, singles, elpees, etc.), per onderwerp op ander gekleurd papier geprint. In beperkte oplage gemaakt, genummerd en gesigneerd; alleen bestemd voor enkele bevriende grote verzamelaars.

Het beperkte zich niet tot The Police. Al gauw was ik ook bezig met het verzamelen van live-opnames van andere bands, vooral uit de (hard)rock scene, zoals bijvoorbeeld Iron Maiden, Rush, Loudness, Merciful Fate, Yngwie Malmsteen en Van Halen, maar ook U2, Big Country en Simple Minds. Een jongen uit Amerika had op een gegeven moment een bandje voor me opgenomen, maar het concert was maar 75 minuten of zo (te lang voor een 60 minuten bandje en te kort voor 90), dus hij had het maar opgevuld met wat stukjes van andere bands of concerten, als een soort teaser. Dat werkte best goed. Op die manier leerde ik soms nieuwe muziek kennen of ik hoorde hoe de geluidskwaliteit was van een concert dat ik nog niet had. Want wat voor de één VG (very good) was, was voor de ander misschien G (good) of EX (excellent). Al die tapes luisterde ik dan vaak tijdens mijn krantenwijk af op mijn Walkman.

Via zo’n teaser heb ik waarschijnlijk Dio bij toeval in mijn oren gekregen. Misschien heeft de goede geluidskwaliteit me doen besluiten om het gehele concert te ruilen. Wat ik me nog dondersgoed kan herinneren is dat ik zwaar onder de indruk was van de gitaarsolo van Vivian Campbell tijdens Heaven And Hell. Hij speelde een stukje Fur Elise, maar op geheel eigen wijze ingevuld (prachtige loopjes tussen hoofdlijnen) en overtuigend gebracht.

Ach, tegenwoordig staat alles op YouTube, dus ik probeer het te vinden… Ikstapaf! Het staat er echt op en ik kom er dus nu pas achter dat het een officiële concertregistratie is. http://www.youtube.com/watch?v=aXvR3IER2uE

Die andere Dio speelt op het Reuring Cityslam festival in Purmerend. Maar daar ga ik niet heen. Ik vind het wél leuk om Bertolf nog eens te zien. Dit keer op een festival i.p.v. een superklein café (zie recensie Bertolf in de Schuit, Katwijk). Het is een redelijk groot terrein met twee podia, waarop de verschillende artiesten om en om staan te spelen. Het weer zit mee, maar er is niet zo heel veel volk voor het podium te vinden waar Bertolf zijn eerste nummer in zet. Het geluid is op zich goed, alleen de bassdrum zorgt bij elke dreun voor een trilling door het gehele lijf. Bertolf heeft ondertussen drie singles uit die je regelmatig op de radio voorbij hoort komen. Zijn setlist zit goed in elkaar, met zijn bekendste nummer in het midden en laatste hit aan het eind. Ook nu staat zijn stem weer als een huis, maar ook nu voel ik dat het mij songmatig te gemakzuchtig is, of laat ik zeggen, niet spannend genoeg. Ook de cover die hij speelt (New Radicals met You Get What You Give) is toch wat gezapig en braaf. Maar er is hoop, want hij speelt weer dat fantastische nieuwe nummer Cut Me Loose en bestempelt hij The Way I Love You Now tot zijn favoriete nummer van de cd, alhoewel niet iedereen het daar mee eens zal zijn vervolgt hij. Ik wel hoor! Heel zoet, maar door het wals-tempo net even anders. Maar misschien ben ik wel de uitzondering die de regel bevestigt. Bertolf doet ondertussen zijn uiterste best om het publiek mee te krijgen (handjes in de lucht, meeklappen, springen), wat gedeeltelijk lukt. Dat ligt niet aan hem, maar aan de bezoekers van dit gratis festival, waarvan het merendeel komt voor een biertje en het gezellig samenzijn. De muziek staat op de tweede plaats.

Reuring Cityslam1

Ook De Jeugd Van Tegenwoordig heeft er last van. Enthousiasme. Of het gebrek daaraan. Ze staan toch als afsluiter op de vroege zondagavond (21:00 uur). Maar een vlam in de pan zit er niet in. Ik heb de uitzending van Pinkpop op tv gezien en daar bouwden ze een flink feestje, dus het leek me wel leuk om dat eens mee te maken. Samen met mijn dochter en een vriend sta ik het van een afstandje te bekijken. Ik merk dat de muziek(soort) me toch snel gaat vervelen. Qua publiek is het nu redelijk druk en met veel moeite en dreigen (er staat een auto hierachter en daar kunnen we zo instappen, dat willen jullie toch niet?) van de hoofdact voelt het publiek ook wel dat ze van zich moet laten horen, voordat de band zich echt (voortijdig) uit de voeten maakt. Maar de lol lijkt er toch wel vanaf. Ik probeer nog iets van de teksten op te vangen, maar wat ik versta is niet correct (‘haal me uit je oren’*) of is dat wel degelijk (klappen met je kutje**)?! Ben hoe dan ook blij dat mijn dochter het ook niet verstaat 😉

Mist dit festival door zijn familiaire gezelligheid het serieuze enthousiasme dat het verschil kan maken tussen een lauw en zeer geslaagd optreden?

(* ‘holler at ya boy boy’ uit Hollereer)

(** ‘doe maar klappen met je kutje’ uit Applaus)

Bertolf – JVC de Schuit Katwijk aan Zee, 13 maart 2009

Bertolf

Bertolf zie ik voor het eerst in het melige televisie programma Top of Flop met Paul de Leeuw en Giel Beelen. Giel promoot hem enorm. Als Bertolf met zijn band een nummer gaat spelen ben ik aangenaam verrast. Ik kende het nummer al van de (achtergrond) radio, maar wist niet dat het van hem was. Een dag later spreek ik vrienden van me die het ook hadden gezien en gehoord. Ook zij zijn enthousiast.

Volgende stap is dan voor mij het uitchecken van deze ‘ontdekking’. Eerst die cd maar eens beluisteren. Die maakt twee dingen heel duidelijk. Bertolf heeft een dijk van een stem en hij kan mooie liedjes schrijven. Maar niet alle liedjes boeien mij evenveel. Ik merk dat hij voor mij op een
gevaarlijk randje balanceert. Het randje waar een nummer erg mooi is, of juist te zijig. Over het algemeen gaat hij vaak eerder de kant op van Keane dan Snow Patrol, helemaal geen verkeerde referenties trouwens, maar de laatste band heeft dan echt mijn voorkeur. Even wat spannender, die band maakt meer bij me los. Via MySpace en zijn website zie ik dat hij net in de buurt heeft gespeeld (Alkmaar). Dat is balen, want het lijkt me leuk om hem eens live te zien spelen, om te kijken of de scherpte dan wat beter uit de hoek komt. Ik zie dat hij in Katwijk gaat spelen en besluit er een geheim uitje van te maken voor mijn vrouw en het enthousiaste bevriende stel.

Ik regel dat iedereen kan, oppas heeft, ik reserveer kaarten bij de Schuit, zoek er een leuk restaurant in de buurt en vermaak me vervolgens meer dan een week met het feit dat iedereen zich afvraagt wat we nu in hemelsnaam gaan doen.

Om zes uur pikken we onze vrienden op en rijden we naar The Lounge. Dit mooie, sfeervolle restaurant serveert verschillende soorten spijzen in diverse prijsklassen. Het smaakt uitstekend. Om de geheimzinnigheid nog even op te voeren ga ik rond kwart voor negen van tafel en zeg dat ik zo
terug ben. Ik moet namelijk om negen uur de kaartjes ophalen, anders gaan ze alsnog in de verkoop, is mij door de telefoon verteld. Het is nog even zoeken naar de Schuit, die dus net niet aan de Voorstraat ligt, maar ik sta op de lijst en kan straks gewoon terugkomen met de rest. Dat doe ik dan ook rond kwart voor tien. Bij de voordeur, waar op een A4-tje staat dat het concert van Bertolf is uitverkocht, krijg ik zeer positieve reacties van alle drie.

De Schuit is een ‘christelijk jongerencentrum’ met een piepklein podium. Het podium is een stap hoog en de bar dan tien stappen naar achteren. Daartussen staan iets van 70 man schat ik. Het doet je weer even beseffen dat de weg naar de top lang en hard is. En dat je hart en ziel in de muziek moet zitten wil je er langs deze weg komen.

Hij zal er wel ziek van worden, maar omdat het zo opvallend is doe ik het ook nog even: Bertolf is een lief en onschuldig uitziende jongen. Het lijkt alsof hij net zijn VWO-diploma op zak heeft. Niets is minder waar, want hij is al 28 (meen ik) en aan zijn stem en spel straalt de ervaring wel degelijk af. Op het kleine podium stappen ook een bassist, drummer, gitarist en toetsenist. Ze kunnen geen kant meer op en kijken het vlak voor hen staande publiek direct in de ogen. Confronterend!

De set duurt iets meer dan een uur. De band is goed op elkaar ingespeeld en heeft onderling ook lol in het spelen. Dat blijkt uit de glimlachjes en blikken van verstandhouding naar elkaar. Naar de zaal toe komt de band solide over. Misschien iets te braaf. Er wordt geen heilig vuur overgedragen, zeg maar. Dat neemt niet weg dat de muziek zeer aangenaam is en gelukkig iets verrassender en avontuurlijker dan op de cd. Het nog onuitgebrachte nummer Cut Me Loose, met apart ritme en overtuigende kwaliteit, steunt mijn vertrouwen dat hij zich nog verder gaat ontwikkelen in de richting die ik juist interessanter vind. Ook live zingt Bertolf loepzuiver en zeer gemakkelijk. Hij wordt daarin trouwens enorm gesteund door de drummer, die net zo zuiver de tweede stem op voortreffelijke wijze voor zijn rekening neemt. Uit één van de weinige interacties met het publiek blijkt dat in ieder geval twee mensen zijn cd hebben. Moet je nagaan wat dat betekent voor heel Nederland, grapt Bertolf. Toch jammer dat hij na afloop niet zelf wat cd’s gaat verkopen, want dat werkt altijd (wij hadden er sowieso eentje gekocht). Nadat het laatste nummer is gespeeld zegt Bertolf dat het weinig zin heeft om van het podium af te gaan en dan terug te komen om de toegiften te doen, dus die speelt de band er gewoon achteraan. Je merkt dat zowel het publiek als de band ondertussen enthousiaster is geworden. Welverdiend.

Als ik de volgende dag nog even Betolf’s MySpace pagina bekijk valt me op dat hij Tim Christensen als een van zijn favorieten heeft. Ik hoop van harte dat hij deze ongelooflijke artiest als lichtend voorbeeld heeft en in de toekomst een oeuvre op zal bouwen dat me net zo zal beroeren.