dEUS – Paradiso Amsterdam, 18 december 2014

dEUS - Paradiso Amsterdam 18-12-2014 a

Na een uur geeft de groep één toegift, Morticiachair. Het staat in schril contrast met de songs van hun laatste paar cd’s en geeft me een gevoel van weemoed. Maar ook een gevoel dat ik hier eigenlijk niets te zoeken had, helaas. Ik moet accepteren dat dingen veranderen, loslaten wat geen waarde meer voor me heeft, zodat ik overtollige ballast kan dumpen en plaats vrij maak voor dingen die me hier en nu boeien. Een wijze les. Ik schreef dit dik twee jaar geleden naar aanleiding van hun concert in People’s Place te Amsterdam. En nu sta ik weer hier, in Paradiso, alwaar de band zijn twintig jarig jubileum viert met de dubbel cd ‘Selected Songs 1994-2014’ als leidraad voor hun 2e uitverkochte optreden in Amsterdam. Die leidraad, de setlist, is wat me heeft doen besluiten nog één keertje te gaan kijken naar deze band die in hun beginjaren zoveel voor me heeft betekend.

dEUS - Paradiso Amsterdam 18-12-2014 b

Tom heeft er in ieder geval zin in vanavond en opener Via geeft me goede moed. Het tempo wordt vastgehouden en via ‘wat recenter’ werk als The Architect en Constant Now is het voor het eerst lekker uit je dak gaan bij Instant Street, met dank aan Mauro Pawlowski die met wilde gitaarbewegingen Paradiso ophitst naar een eerste hoogtepunt. Daarna kunnen we heerlijk swingen op dat fantastische drumritme in Fell Off The Floor, Man. Nog wat nummers later gaat het gas terug, “de boog kan niet altijd gespannen zijn” laat Tom ons weten en worden we vergast op het bloedmooie Secret Hell dat ze (naar het schijnt – correct me if I’m wrong) sinds 1994 niet meer live hebben gespeeld. Kippenvel. Misschien trouwens een tip voor de band, als jullie een ‘vergeten’ nummer willen spelen, volgende keer graag één van de mooiste nummers uit jullie oeuvre dat nooit wordt gespeeld: Zea. Het valt me ondertussen op dat (bijna) het hele optreden lang de lichtshow beperkt blijft tot lampen die op het podium zelf staan. Het geeft een intieme sfeer, broeierig, nevelig. Dit wordt dan nog versterkt doordat ze voor deze rustige episode dicht bij elkaar gaan zitten. Mooi. Smokers Reflect en het heerlijke Little Arithmetics vervolmaken de trilogie van rust. Heerlijk opzwepend is verderop Sun Ra, stil makend het grandioze Hotellounge en laatste nummer Bad Timing weet die uitersten in één song samen te vatten.

dEUS - Paradiso Amsterdam 18-12-2014 c

‘We want more’. Want zo’n goede set smaakt naar meer en hoewel dEUS de wilde haren een beetje is verloren door de jaren heen komt de recalcitrante Tom met een peuk in zijn mond het podium op om samen met de anderen misschien wel dEUS’ coolste nummer in te zetten, Theme From Turnpike. Wel een beetje sneu om te zien dat er dan hier en daar zielepieten in het publiek zijn die er ook meteen een opsteken. Dat we het pand niet mogen verlaten voordat we For The Roses en Suds & Soda hebben gehoord moge duidelijk zijn. Dat dit laatste nummer een feestje van jewelste wordt is met name te danken aan Tom, die half Paradiso op het podium uitnodigt!

Tijd om de balans op te maken. Als ik My Sister Is My Clock even niet meereken, is er voor mij een duidelijke scheidingslijn te trekken na het album The Ideal Crash. Tot en met dat album is dat de dEUS waar ik heel veel van hou. Daarna wordt het beduidend minder. Niet zo gek, want Pocket Revolution betekende een nieuwe stap voor de band, die maar liefst drie leden moest vervangen. Eentje daarvan was Mauro Pawlowski, de niet in een hokje weg te zetten alleskunner, die ik persoonlijk nog heb meegemaakt toen hij spullen sleepte voor het Belgische bandje Nemo en zelf aan de weg timmerde met zijn Evil Superstars. Vanavond heeft dEUS elf nummers van die eerste drie albums gespeeld en negen van alles wat daarna kwam. Dat zegt toch iets.

dEUS - Paradiso Amsterdam 18-12-2014 d

Nu dacht ik een mooi cirkeltje te kunnen maken door terug te gaan naar de eerste keer dat ik dEUS heb gezien. Dat cirkeltje wordt iets anders dan gedacht, want het concert dat ik in Paradiso zag op 23 februari  1995 was niet de eerste keer. Dan blijk ik alsnog via Mauro en Nemo terecht te komen op 20 augustus 1994, toen zowel Nemo als dEUS op Waterpop te Wateringen speelde. Ik word oud…

dEUS – People’s Place Amsterdam, 26 juni 2012

Zomaar uit het niets presenteerde dEUS hun nieuwe cd Following Sea enkele weken geleden via internet. De VPRO bleef niet achter en kondigde een uniek en besloten concert van de Belgische band aan voor een paar honderd man in People’s Place te Amsterdam. Op 11 juni om 3voor12 (!) werd een link actief via welke je aan gratis kaartjes kon komen. Drie minuten later waren alle kaartjes weg.

Het is natuurlijk niet de eerste keer dat dEUS op promotionele wijze zo’n apart concert geeft in Amsterdam. Ik heb er al twee mee mogen maken. Op 20 augustus 1996 wordt er door hun platenlabel Island een launchparty in de Roxy georganiseerd ter gelegenheid van het album In A Bar Under The Sea dat een maand later zal verschijnen. Ook een aparte venue, waar ik voorheen en sindsdien nooit meer een concert heb gezien. De volgende showcase was op 11 september 2005. Een ook al door 3voor12 georganiseerd concert ter promotie van het album Pocket Revolution , in de middag dit keer en in voormalig filmtheater Desmet.

Nu dus opnieuw een leuke actie waarbij we ons op 26 juni 2012 in een lange rij voor de zaal – die ik niet ken – op de Stadhouderskade bevinden, waarvan de deuren om acht uur open zouden moeten gaan omdat het concert om half negen zou moeten gaan beginnen. Ha! We staan zeker nog een minuut of veertig te wachten voordat mijn naam op een lijst wordt geverifieerd en we naar binnen mogen. Het onderkomen is eigenlijk in drieën verdeeld. Bij binnenkomst kun je linksaf naar het grote bar/café/lounge gedeelte. Ruim opgezet met hoog plafond. De ruimte wordt ineens heel benauwd als je iets verder doorloopt en het plafond drastisch is verlaagd voor een meter of tien. In deze tussenruimte staat een mengtafel en er is nog een plek waar je drinken kan kopen. Aan dat lage plafond hangen getinte spiegels die het zeventiger jaren gevoel dat je hier krijgt nog even benadrukken. Daarna begint de eigenlijke zaal die breder lijkt dan dat die diep is. Er staat een enorme paal in het midden die het zicht op het podium voor vele bezoekers zal hinderen. Heel irritant. Terug bij de ingang kun je ook direct rechtdoor lopen, de trap op naar boven, met de wc’s, twee hangplekken, de garderobe en een klein smal stuk balkon in hoekvorm vanwaar je ook weer wat belemmerd (door die paal) zicht hebt op het podium.

We nestelen ons linksvoor, aan een statafel met drie waxinelichtjes (en later massa’s glazen die niet meer worden opgehaald), met goed zicht op het gehele podium, maar wel redelijk dicht bij drie knotsen van boxen. Met de oordoppen ingeschroefd wordt de band pas om een uur of half tien aangekondigd. Tom Barman begroet ons en beloofd een handvol nieuwe nummers en een handvol nxf2g nieuwere nummers. Klaas, Tom, Mauro en Alan staan zoals altijd op één lijn vooraan met daarachter Stephane en een toevoeging in de vorm van een percussionist (Amel Serra?) die als enige wordt geintroduceerd. Het valt direct op dat het podium slecht is verlicht. Er vinden projecties plaats die slechts tweederde van het podium bestrijken, waardoor Mauro en Alan opgeslokt worden door de duisternis. Het geluid is erbarmelijk op de plek waar wij staan. Veel te hard (de haren op mijn arm staan te dansen, mijn broek staat te trillen) en vooral bij de nieuwe nummers – het merendeel van de set – donker en brijerig. Nu moet ik eerlijk bekennen dat ik er tijdens een concert in de Melkweg in 2008 achter kwam dat er een te groot gat zat tussen wat ik ooit leuk vond aan hun muziek en de weg die ze sindsdien zijn ingeslagen. Dat wordt me vanavond eens te meer duidelijk. Veel van hun liedjes klinken me veel te gezapig, weinig avontuurlijk en erg film noir (Quatre Mains) in de oren, waardoor ik het gevoel heb dat het maar een beetje voortkabbelt. Ik ben me bewust van deze zeer subjectieve beleving die met smaak te maken heeft. Toch vraag ik me af hoeveel mensen hier naartoe zijn gekomen die het nieuwere werk net zo waarderen als het oude. Of is het toch de fameuze naam van de band (en waar die eens voor stond) die alleen daarmee al nog steeds volle zalen trekt? Een uur geleden hoorde ik achter mij in de rij voor de deur iemand zeggen dat hij nog snel even de laatste twee albums van de band heeft beluisterd, om op de hoogte te zijn van wat ze hebben gemaakt. Het voorlaatste album weet hij niet eens bij naam te noemen.

Verder met het concert, waarin toch ook enkele oude nummers voorbij komen, zoals Instant Street en Fell Of The Floor Man die het energiepeil in de zaal toch even omhoog schroeven. Maar ook hier valt er wat te klagen. Het prachtige Little Arithmetics moet licht zijn, huppelen en sprankelen als een prille liefde. Hier klinkt het wat log, alsof men in een moeras vast zit en elke stap grote moeite kost. Daarbij zijn de verschrikkelijke orgelklanken een doorn in het oor. Dit oordeel heeft overigens niets met het slechte geluid te maken, want we zijn ondertussen al de hele zaal door geweest om onze oren en armharen wat rust te gunnen om dus minder zicht maar beter geluid tot ons te kunnen nemen. Het beste geluid is eigenlijk op dat balkon, waar maar enkele mensen passen. Na een uur geeft de groep één toegift, Morticiachair. Het staat in schril contrast met de songs van hun laatste paar cd’s en geeft me een gevoel van weemoed. Maar ook een gevoel dat ik hier eigenlijk niets te zoeken had, helaas. Ik moet accepteren dat dingen veranderen, loslaten wat geen waarde meer voor me heeft, zodat ik overtollige ballast kan dumpen en plaats vrij maak voor dingen die me hier en nu boeien. Een wijze les.

Pukkelpop 21 augustus 2009

Snow Patrol 1

Het is donderdagavond. Na de loodzware hitte van de dag neemt de temperatuur nu snel af. Er is een weeralarm uitgegaan. Je voelt de wind opkomen en wolken pakken zich samen. Op weg naar Pukkelpop. De evenknie van Lowlands bij onze zuiderburen. De lucht is ondertussen gitzwart geworden en hier en daar zijn er heftige regenbuien. Op de helft van de reis doemt een regenboog op. De mooiste die ik ooit heb gezien. Het is een volledige boog, met een lichtere, tweede boog daarbuiten. De boog geeft een vreemdsoortige, bovennatuurlijke scheiding in kleuren aan. Buiten de boog is het zeer donker. Binnen de boog kleurt de lucht geel-grijs. De boog lijkt een hemelpoort, die zich recht voor ons heeft geopend.

Pukkelpop 1

In Maastricht een hotel. Vrijdagochtend zijn we dan in no time in Hasselt. Of Kiewit moet ik zeggen. En in no time valt nog even tegen als het strak georganiseerde Lowlands parkeerbeleid hier ver te zoeken is en we voorbij P2,3,4 rijden op zoek naar P1, daardoor in een kleine file komen op de weg die de camping van het festivalterrein scheidt, en bij P1 te horen krijgen dat die vol is, waarna we rechtsomkeer kunnen maken, voor de tweede keer de kleine file in, maar nu de andere kant op, richting P2,3,4 alwaar we alsnog een plekje bemachtigen voor 6 euro. Een pitstop in de plascabine op het parkeerterrein voor de dames later lopen we een kleine twee kilometer naar het festivalterrein. We hebben kaarten voor maar één dag en moeten dus nog een polsbandje halen. Dat gaat supersnel. E-ticket afgeven bij A, bandje om door B, bandje dicht laten knijpen door C, bandje laten checken door D, fouilleren door E. Dan: het terrein op, plattegrond in de hand. Met een snelle blik zie ik dat ik de rechterzijde nauwelijks zal bezoeken (voornamelijk dance-gericht) en ik me dus kan concentreren op de Marquee met daarachter The Shelter en de Main Stage met daartegenover de Club. Onder de mooie vlaggen op het terrein tussen die laatste twee zullen we het meest bivakkeren. Voor nu, op naar de Club voor…

Yuko (12.35 – 13.10)

Vooraf heb ik alle acts die ik nog niet kende doorgenomen op MySpace om te kunnen bepalen waar mijn interesses liggen. Yuko kende ik niet, maar klonk zeer interessant. Het is een Belgisch bandje met jonge mannen (drie) en vrouwen (twee) die ingetogen liedjes maken, met fijne dynamiek die soms tot heerlijke uitbarsting komen. Daarbij maakt men wat opzichtig alternatief gebruik van bijvoorbeeld een oude koffiemolen of strijkstok op houtblok. Zanger, gitarist en voornaamste liedjesmaker Kristof Deneijs is op zijn blote voeten misschien ietsje vol van zichzelf, maar dat mag de pret niet drukken, want op deze vroege middag overtuigt de band wel degelijk. En voor wie nog niet wakker was, is dat na zijn allesdoordringende loepzuivere oerschreeuw tijdens een van de songs wel degelijk. Dankuwel. Wat een sublieme drumster overigens. Ze slaat, wrijft, aait, rammelt en roffelt, swingend, jazzy en doortastend. Ze houdt de maat met heerlijke omwegen en trekt de aandacht naar zich toe door haar hele lichaam mee te laten bewegen op de ritmes. De rest van de band is erg statisch, zit op stoelen en komt daar alleen bij het laatste nummer vanaf, dat dan ook meteen een hoogtepunt is. Kristof buigt voor het applaus en gooit nog even een cd het publiek in. Na een mooie zweefvlucht over de helft van het publiek dat er naar graait komt ie recht voor de voeten van mijn lief tot stilstand. Het enige dat ze hoeft te doen is haar voet er op zetten. De cd blijkt trouwens de dynamiek van het live spelen te missen. Iets dat bij Patrick Watson ook een rol speelt. Dus ga Yuko zeker live zien als je de kans hebt.

Suske en Wiske en de dubieuze doppen

Voordat je het terrein op gaat zie je al overal waarschuwingen hangen dat je geen flessen en blikjes mee mag nemen. Je ziet dan ook diverse door de wol geverfde Pukkelpop-gangers die hun goedkope vocht in een soort plastic lurk zakken schenken. Kennelijk is het geen probleem om eten en drinken mee naar binnen te nemen, alleen de verpakking is een issue. Als onze dames gefouilleerd worden (mijn vriend met veel grotere tas, maar de uitstraling van de engel Gabriel zelf mag natuurlijk zo door) mogen de plastic flessen water wel mee, maar zonder dop. Wat zegt u? Zonder dop. Rare jongens, die Belgen. Op het terrein gaat bier trouwens in een plastic beker en Cola of Fanta krijg je in een origineel plastic mini flesje, maar de dop houden ze! Als doortrapte Hollander denk ik meteen de volgende keer mijn zakken met doppen te vullen, maar al snel denk ik te begrijpen waarom ze in hemelsnaam een dop-verbod hebben, als ik enkele illegaal geimporteerde doppen in de grond getrapt zie liggen. Het is haast niet te doen om die er bij het schoonmaken van het terrein uit te krijgen. Point taken. Maar waarom dan niet gewoon frisdrank in een… plastic beker?

And So I Watch You From Afar (13.10 – 13.50)

Het drietal waar ik niet toe behoor gaat koffie scoren terwijl ik het hele terrein over cross naar The Shelter waar een band speelt die ik van naam kende, zelfs op mijn lijstje had staan om nog eens uit te checken en de muziek vlak van te voren dus ook even peilde op hun MySpace site, alwaar ik er achter kwam dat ze op hetzelfde label (Smaal Town America Records) zitten als een favoriet bandje van me: Fighting With Wire. ASIWYFA speelt instrumentale muziek. Als ik aan kom lopen zijn ze al bezig. Vol, vet, zwaar, heftig en bruut staan ze songs te kokkerellen die ze naar absolute kookpunten brengen. Een met militaire precisie uitgevoerd bombardement van (post)rock klanken, met alweer een hoofdrol voor een drummer, die een indrukwekkend spervuur van meppen uitdeelt. And So I Watch You From Afar. And So I Did. Want ik stond enkele nummers achteraan te genieten van dit overdonderende optreden, ondertussen op mijn horloge kijkend om helaas voortijdig weg te gaan bij dit viertal om me weer op tijd te voegen bij het met koffie volgelopen drietal, dat op mij staat te wachten bij de Club. Hier een leuke sfeerimpressie van de band zelf.

Living art.

Het is hier trendy om al dan niet geheel ontblote bovenlijven te voorzien van teksten dan wel tekeningen, geheel met pen uitgevoerd. Dit gaat dan van flauw vunzig, tot prachtig kunstig. Het houdt je van de straat…

Metric (13.10 – 13.50)

Pukkelpop 2

Deze band maakt te gekke nummers. Maar net zo goed hele middelmatige, of nummers die me niet interesseren of boeien. Ik had ze dus wel aangevinkt om te gaan kijken, maar er zijn zoveel leuke acts die ongeveer tegelijkertijd spelen op deze vroege middag, dat ik keuzes moet maken. ASIWYFA ging dus even voor, maar ik wilde ook wel een stukje meebeleven van deze band die maar liefst op het hoofdpodium staat. Als ik aan kom lopen staat het veld flink vol en het geluid staat flink hard. Het geeft de band iets meer ballen dan verwacht. Het klinkt een stuk heftiger dan de cd. Blikvangster is natuurlijk frontvrouw Emily Haines. In haar prachtig blauwe jurkje wuift haar blonde haar op het ritme van haar dansende pumps. Geen kunst, blikken vangen. De kunst is om weg te kijken en door te lopen naar de Club voor…

Fight Like Apes (13.50 – 14.30)

Pukkelpop 3

Ook dit bandje heb ik slechts enkele dagen tevoren ontdekt. Dit viertal uit Ierland is een bijeen raapsel van de meest vreemd uitziende figuren die je je kunt bedenken. Een stevig uitziende drummer met korte hanekam, een bassist die de term krullebol weer kleur geeft en daar nog een haarband in doet ook, een wild langharig baardaaptype achter de toetsen en een zangeres die er uit ziet als het dikkere zusje van Amy Winehouse dat klaar is om het nachtleven van Londen in te duiken na een heftig shot van iets illegaals. Hun muziek lijkt op een soort electro-punk, met een dikke knipoog naar Bow Wow Wow en Lena Lovich. Als ze beginnen snerpt het geluid op veel te luid niveau mijn oorschelp in, waardoor ik maar één ding kan bedenken: waar zijn mijn oordoppen? Waarom heb ik ze nou thuis gelaten? Op Lowlands heb ik ze nooit nodig gehad, dus ik dacht, ach, Pukkelpop zal wel niet veel anders zijn. Kom ik even bedrogen uit. Na twee nummers gaan we wat naar achteren. Ondertussen doet de toetsenist de naam van de band eer aan en gaat met een stoel een tafel te lijf. Het ontgaat mij waarom. Indruk maken? Brulaperij? Zangeres MayKay ouwehoert nog een eind weg en met alle apekool klinkt het ondertussen niet zo heel strak. De band overschreeuwt zichzelf een beetje, en dat is jammer, want de cd is zeker de moeite waard.

Songs for the deaf

Om te zorgen dat ik de rest van de muziek op dit fijne festival ook nog kan beluisteren gaan we op zoek naar oordoppen. Die schijnen verkrijgbaar te zijn bij de Humo-stand. Het staat keurig op een prijslijst, tussen de Humo-paraplu en het Humo-keycord. Voor 3 euro (!) zou er een setje in mijn oren kunnen belanden, ware het niet dat ze zijn uitverkocht!!! Er is een nieuwe lading onderweg, maar het is niet geheel duidelijk wanneer die aan zal komen. Later nog maar eens proberen. Het zegt trouwens wel iets over het volume hier en dat er heel veel meer festivalgangers ons voor zijn gegaan op zoek naar bescherming. Wat nu het nut is van die overdaad aan geluid…

New Found Glory (14.35 – 15.15)

Vanaf ons vaste plekje tussen de vlaggen (naar Japans model, met zijbalk, zodat ze ook in windloze tijden zichtbaar blijven) liggen we te luisteren naar New Found Glory. Zo’n typisch Amerikaans bandje dat eigenlijk hele simpele, commerciële liedjes schrijft en dan zo heftig mogelijk speelt. Zoals Blink 182, Sum 41, Good Charlotte… Meezingpunk voor tieners. Wel leuk om te horen is hoe menig Engelstalige artiest dit festival noemt: Puke-l-pop. Barf-pop. Kots-pop. Neem de naam gerust over voor een nieuwe festival.

Arabian days

Pukkelpop 4

Er zit een gat in het rooster. Dat betekent dat we eens rustig het festival terrein kunnen gaan verkennen. Het zonnetje schijnt, de lucht is blauw, Teletubbies kom maar gauw. Laat dat nu net mankeren aan dit festival, het randgebeuren. Het is er wel, maar zeer schaars. Ik zie mensen fietsen voor vast iets als een goed doel. Anderen duelleren in het stapelen van kratten, zodat belangrijkste biervoorziener zijn Maes logo nog beter ten toon kan spreiden. Er is iets met mobiele telefoons, en Coca Cola weet het verhitte volk te verfrissen met diverse gadgets die op de een of andere manier wat koelte produceren. Het gaat hier dus voornamelijk om grote bedrijven die hun merken promoten op al dan niet ludieke wijze. Maar hier geen massale karaoke, sauna-eiland of koptelefoon disco. Iets dat Lowlands wel zo leuk maakt. Het enige non-commerciële vermaak is van enkele steltlopers. Na een korte trip belanden we uiteindelijk achter The Shelter, alwaar een Arabisch getint minilandje opdoemt. Op overdekte verhogingen kun je op een Perzisch tapijtje de geneugten van een echte waterpijp proeven, je kunt je luie zweet vergaren in een hangmat, of gewoon een glas Arabische thee proberen. Lui zweet heb ik genoeg en aan mijn lijf wel water maar geen pijp, dus we gaan voor de thee met muffin (typisch Arabisch, ha!), zetelen ons op een podium en genieten van het lauwe en mierzoete vocht.

Puppetmastaz (15.10 – 15.50)

De thee is op. Op naar onze hot-spot. Dan lopen we vanzelf langs de Marquee, alwaar onze aandacht wordt getrokken door enkele luidruchtige poppen. De Puppetmastaz komen uit Duitsland. Hun act bestaat uit stand up comedy en vette hip-hop, maar dan met poppen als vertolkers. De Muppets live, of zoiets. Een slimme gimmick, die zeker op een festival werkt. Meteen even inhaken op de actualiteit, als één van de poppen het over de swine-flu heeft en vervolgens in een heftige niesbui het publiek letterlijk ondersnottert. Lachen. Maar toch. Het is een wat statisch gebeuren, want het zijn handpoppen, met mensen verscholen onder een tafel, en die poppen zijn best klein dan, in zo’n grote Marquee. Ik heb niet alles gezien (door-door-door) en het schijnt dat er ook nog live-action is. Leuk om even gezien te hebben, zeg maar.

Eagles Of Death Metal (16.00 – 16.45)

Nog steeds tijd aan het doden. Alweer tussen de vlaggen. Tussen de twee podia waar we de meeste acts zullen gaan zien. En waar het heerlijk toeven is. In het gras, Mort Subite Kriek, Cola Zero, Taco, Ben & Jerry, Vietnamese Nasi met Saté, even wegdutten in het zonnetje, de steeds pijnlijk wordende rug te ruste leggen. En luisteren naar de Eagles Of Death Metal. Of ik wil of niet. Het geluid komt toch je oren binnen. Het is muziek die mij totaal niet kan boeien en een image dat me kinderachtig voorkomt. Stoere mannen die zompige retro-rock maken. Inclusief foute snor en dito zonnebril van frontman Jesse ‘The Devil’ Hughes. Born to be wild. Zijn deze jongens iets tekort gekomen als kind? Of willen ze compenseren wat ze missen in hun broek? Zonder gekheid, ze weten dondersgoed welk image ze zich hebben aangemeten en voor elke muzieksoort is er publiek. En dat blijkt ook nu weer. ‘We are the Eagles of fucking Death Metal! Can you dig it?’, aldus the devil himself.

Gele pluggen

Wanneer zou Humo afkomen met die gele pluggen? Het Vlaamse Kruis is zwart. Het rondje eromheen geel. We stappen op de EHBO post af met de vraag of ze iets tegen bloedende oren hebben. Jackpot! We mogen voorbij de dranghekken naar het centrum voor hulpbehoevenden, alwaar een setje oordoppen te koop is voor slechts 2 euro. Wat een afzetters bij Humo.

Air Traffic (17.25 – 18.10)

We blijven gewoon hangen, luiaards die we zijn, liggen zelfs. Air Traffic is coming up. De grote beeldschermen aan weerszijden van de Main Stage gunnen ons de blik die we nodig hebben. Dit redelijk jonge bandje uit Engeland heeft slechts één cd op hun naam staan en die was uit 1997. Opvallende keuze dus om ze hier op dit grote podium te zetten. De band weet waar Abraham de mosterd haalt. Muse, Keane, Beatles, Billy Joel… En dat is nu ook meteen het probleem. Ik mis een eigen gezicht. Dat neemt niet weg dat ze enkele fijne liedjes laten horen die goed in de smaak vallen op de festivalweide. Hoewel de halsader van zanger Chris Wall enorm opzwelt en hij gevaarlijk rood aanloopt bij de hoge uithalen, weet hij met het grote gebaar soms indruk te maken. Een door hemzelf genomen foto geeft een mooi overzicht van het publiek voor de Main Stage.

The Hickey Underworld (18.15 – 18.55)

Pukkelpop 5

Zoals elke band die in de Club speelt wordt ook The Hickey Underground aangekondigd. Dit keer als de beste band van België. Vanaf de eerste tonen ben ik overtuigd dat tegen deze supersonische tsunami geen enkel weeralarm ook maar enige zin heeft. Wat is dit goed. Ongelooflijk goed. In no time druipt het zweet van het tentzeil, vliegen er mensen door de lucht met bier er achter aan, of omgekeerd. Ik ga hier niet veel woorden aan vuil maken. Ik zeg: Millionaire waar ze zouden moeten zijn. Ik zeg: Julian Casablancas op de pijnbank. Ik zeg: het enige optreden waar waarachtig boe wordt geroepen omdat er geen toegift gegeven mag worden. Check this out! Drie dagen geleden kende ik ze nog niet. Twee dagen geleden was ik ondersteboven van hun tracks op myspace. Vandaag kan ik alleen nog maar de aankondiging beamen: de beste band van België!

The Ting Tings (19.00 – 19.50)

Is dit mij iets te gezellig? Iets te lichtvoetig? Iets te dansbaar? Iets te happy-go-lucky? Iets te hip? Of zijn hun nummers eigenlijk niet echt goed? Smaak. Niet de mijne.

Truth or dare.

Een lieve vriendin. Bijna meegelokt naar Tim Christensen in Bonn. Bijna overgehaald te gaan skaten deze zomer. xc9én ding kon ze echter niet weerstaan: Snow Patrol. Ook al vertelde ik haar dat dit in België was, op Pukkelpop. Ook al zou het maar een uurtje zijn. Even afstemmen met beider ega’s zodat we er met z’n allen heen kunnen. I dare you to go. The truth is, we are here. De kiem van dit fijne weekend lag dus bijx8

Snow Patrol (20.40 – 21.40)

Pukkelpop 6

Het is de mooiste setting die je als act kunt wensen. Als het licht is beginnen, de zon onder zien gaan en in het duister eindigen. Het publiek kan niet wachten en begint spontaan de kartonnen drankhouders

Pukkelpop 7

in de lucht te gooien. Snow Patrol haalt de krakers uit de kast. Shut Your Eyes, Take Back The City, Open Your Eyes, Crack The Shutters, Hands Open en het onvermijdelijke Chasing Cars. Het geluid is goed, ik heb geen doppen nodig. Gary Lightbody laat op overdreven wijze de volksmenner in zich los. Alles is gorgeous, van publiek tot festival tot alle bands die er staan. Ik moet even lachen als hij over Pukkelpop begint en een man achter mij voor hem invult dat dit ‘ the best festival in the world is’ waarna Gary dit ook daadwerkelijk zegt! Maar toch. Er zit geen kwade wil in deze man en hij lijkt verdomd oprecht. Hij weet wel hoe hij het festivalspelletje moet spelen, door bijvoorbeeld het publiek in tweeën te verdelen en ze om en om tegen elkaar op te laten zingen. Oude trucs, maar met zo veel aanstekelijk enthousiasme, vol overgave en opzwepend gebracht dat je er wel in mee gaat. En dus zingen we ‘Shut your eyes and sing to me’, van het grote scherm af te lezen alsof we met de Lowlands karaoke concurreren. En zelfs als het nummer stopt gaan we door. Mooi moment. Het brengt Gary enigszins van zijn xe0 propos, waardoor hij zijn setlist door de war stuurt, minder nummers kan spelen dan hij van plan was, maar uiteindelijk weer 15 minuten meer heeft dan hij dacht! De setlist wordt dan ook maar in een hoek gesmeten en we omarmen de man, de band, de songs en beantwoorden de laatste woorden op het grote scherm insgelijks: Snow Patrol ‘hartje’ Pukkelpop.

The Three Degrees

Six degrees of separation is een theorie die stelt dat een ieder op deze planeet, via een netwerk met maximaal vijf tussenschakels, met elkaar verbonden is. Nu blijk ik maar three degrees of separation af te staan van Jessie ‘ The Devil’ Hughes (of all people ;-). Tijdens de Ting Tings staan we aan de rand van de weide van de Main Stage. Opeens zie ik twee mensen met blij verraste gezichten en open armen op me af komen. Het zijn Belgische vrienden die ik al een flinke tijd niet heb gezien. Wat een toeval! Zoenen, omarmen, bijpraten. Hij speelde ooit in het Belgische bandje Nemo, waar ik groot fan van was. Het ging van fan naar vriend. Altijd contact gehouden, al was het soms sporadisch. Tijdens het praten zie ik een lang meisje staan, met een apart zwart kapsel en opvallende bril. Ik merk dat ze bij de Belgische vrienden ‘hoort’. Hij vraagt of ik haar ken. Alleen van naam en connectie. Ze was (is?) model en de ex van Tim Vanhamel (Evil Superstars/dEUS/Millionaire) en rent even later naar Jessie, die gewoon tussen het publiek voorbij loopt. Blijkt dat ze hem goed kent. Tim speelde immers mee op de eerste cd van de Eagles Of Death Metal. Vandaar. En vandaar slechts three degrees.

Placebo (22.25 – 23.40)

Wat vliegt de tijd. Ik kan me nog goed herinneren dat ik nog nooit van de band had gehoord en ze voor het eerst in 1996 in het voorprogramma van de Foo Fighters in Paradiso zag! Twee dingen hielden me bezig. Wat een goede muziek en is het nou een jongen of een meisje? De muziek bleef enkele cd’s boeien, en ik bleef de band altijd wel volgen, hoewel de muziek wat minder interessant werd. De laatste cd is over het geheel genomen weer een stuk beter en ik had ze al een flinke tijd niet meer live gezien, dus de perfecte kans om dat in te halen. Met een overdonderend strakke binnenkomer staat het geluid vanaf de eerste seconde als een huis. Petje af! Met een jonge nieuwe drummer in de gelederen laten ze geen misverstand over hun wedergeboorte bestaan en beginnen ze gewoon met maar liefst vier nummers van het nieuwe album. Brian vraagt al snel om nieuwe schoenen, omdat ze te glad zijn en hij al genoeg is omgevallen. Hij doelt daarmee op het feit dat hij in Azië een virus heeft opgelopen en tijdens een concert in Osaka flauw is gevallen. Uit voorzorg is de Amerikaanse tour in september afgezegd, maar de Europese tour wilde hij per se afmaken. Het siert hem. Hij oogt goed en op zijn stem is niets aan te merken. Of toch. Namelijk dat een heel concert ietwat eentonig wordt met zijn nasale geluid en veelal hetzelfde soort nummers. Daarbij wordt er nauwelijks contact met het publiek gezocht. Een concert zonder franje. Het begint laat te worden en ik wil dex85

Blood Red Shoes (23:40 – 00:30)

x85zien. Een festival met veel leuke bandjes daagt je uit om goede keuzes te maken. Ik had voor dEUS kunnen gaan, maar de laatste keer dat ik ze zag was ik niet onder de indruk. Van de Blood Red Shoes was ik dat wel zeker. En ik kan altijd wat later nog een graantje meepikken van het Belgisch thuisfeestje. De Club. Laura-May en Steven spelen veel nieuwe nummers. In de lijn der verwachting. Zijnde dat ze nieuwe nummers spelen (hun debuut cd is al weer dik een jaar oud) maar ook dat die nieuwe nummers niet veel anders klinken dan wat we al kennen, zonder hier een waarde-oordeel aan te hangen, overigens). Maar op de een of andere manier komt het niet goed over. Het geluid is niet optimaal. De zang galmt wat en sommige hoge en belangrijke tonen in de akkoorden van Laura-May zijn niet goed te horen, waardoor de lage overblijven en de subtiliteit verloren gaat. En die heb je nu net nodig. Als de helft van ons gezelschap koffie gaat scoren, kijk ik het nog één nummertje aan en besluit dan richting dEUS te gaan om te kijken wat die er van bakken.

dEUS (23.35 – 00.50)

Bij de Marquee aangekomen blijkt dat deze redelijk grote tent veel te klein is voor de Belgische helden. Tot ver daarbuiten staan de mensen te genieten van opvallend veel oud werk. Ik zit meteen in de juiste vibe. Theme From Turnpike, Fell Off The Floor Man, Instant Streetx85 Juweeltjes. Er is flink wat uit de kast gehaald, want ik zie blazers en achtergrondzangeressen. Wat ik wel mis: er kan geen lachje vanaf. Dat is op zich altijd wel een beetje het euvel geweest van deze band, die zichzelf misschien iets te serieus neemt. Mauro (ooit roadie voor Nemo!, waar ik hem ook nog van ken) is mister cool himself, maar ik zie nergens enig spelplezier. En dat is jammer. Ik merk ondertussen dat mijn vrienden het wel een beetje gehad hebben. Dus met pijn in het hart (maar nog veel meer in mijn rug, tering!) lopen we op de klanken van het prachtige Hotellounge naar de uitgang. Dat heeft dan op zichzelf ook wel weer wat. De muziek die op poëtische wijze steeds zachter klinkt naarmate we verder weg lopen. Door ons vertrek hebben we jammer genoeg wel gemist dat precies bij dat nummer Gary Lightbody mee heeft gezongen. En later heeft Younes Faltakh (The Hickey Underworld) zijn allesdoordringende stem geleend aan Sun Ra. En De Jeugd Van Tegenwoordig mocht even Hollereren tijdens Suds & Soda. Nou ja, you can’t win ‘em all.

Rimpelrock

Het was fijn. Het was goed. Een prachtig weekend met vrienden, muziek, mooi weer, lekker eten, ontspannen, genieten. Als ik Pukkelpop met Lowlands vergelijk, denk ik dat er dit jaar meer bandjes naar mijn smaak optraden op het Belgische festival. Maar ik mis wel het randgebeuren, ook al maak ik daar op Lowlands niet eens zo veel gebruik van. Het grote podium op Pukkelpop is wel erg groot. En onder de blote hemel. Dat kan goed en slecht uitpakken, al naar gelang het weer. Lowlands is net iets intiemer met alleen maar tenten. Gemoedelijk zijn beide plekken. Op een klein incident bij de drankbonnenstand na (laat op de avond, als de alcohol zijn tol eist), is het publiek zeer laid-back. De enige ‘interventie’ waarover ik heb gelezen was dat de EHBO uitgedroogde mensen op woensdag en donderdag heeft voorzien van water. Voordeel van Pukkelpop is wel dat het midden in de bewoonde wereld ligt (Kiewit, met Hasselt vlakbij). Dus meer kans op een goed bed voor oudjes zoals wij, die hun slaap hard nodig hebben. De tijd van tentjes, lawaai, kots, harde grond, in de rij voor de douche ligt wat dat betreft wel achter ons. Maar voor Rimpelrock voel ik me gelukkig nog te jong. De vriendelijke mensen van de bed & breakfast waar we verblijven vertellen ons dat dit festival jaarlijks wordt gehouden voor de oudere garde. Alles voor Pukkelpop staat dan toch al klaar, dus kan men dit net zo goed benutten. Wat er zoal speelt? Dit jaar kon je genieten van Lee Towers, Billy Ocean, afsluiter Clouseau en Vader Abraham, I kid you not. Ieder zijn ding, zullen we maar zeggen. Niet het mijne, hoeveel rimpels er in de toekomst ook zullen komen.

(Voor een mooie fotoreportage klik hier)

dEUS – Melkweg (MAX) Amsterdam, 15 april 2008

Het kan verkeren. Vantage Point staat op uitkomen. dEUS zal binnenkort wel gaan touren. De laatste keer dat ik ze zag was een speciaal concert in de studio van Desmet. Zo close en intiem zag ik ze nog nooit. Daarna speelden ze nog in de HMH, maar daar hoefde ik ze niet te zien. Op een dag was ik wat aan het rondneuzen op het internet en toen kwam ik bij http://alternative.blog.nl/. Daar heb ik me meteen aangemeld voor hun mailservice. Een dag later krijg ik een bericht dat dEUS een concert gaat geven in de Melkwe en dat de voorverkoop al begonnen is. Huh? Meestal hoor je via de Melkweg zelf wel wanneer een concert in de voorverkoop gaat. Nou ja, meteen een rondje gebeld wie er mee wil en direct kaarten gescoord. Was dus nog niet uitverkocht. Een paar dagen later krijg ik alsnog van de Melkweg een mail dat er iets mis was gegaan met hun nieuwsbrief waarin dEUS werd aangekondigd. En dat het concert dus ondertussen wel is uitverkocht. Ha! Wat een mazzel.

De cd Vantage Point laat hoen dat dEUS de weg vervolgen die ze al waren ingeslagen. Veel groove-gerichte muziek, weinig gekte. Het concert laat dit ook zien en ook met hun songkeuze benadrukken de Belgen dit nog eens. Het klinkt vooral onopzienbarend. De mannen spelen goed en zelfs de altijd ietwat norse Tom klinkt enthousiast vandaag. Maar op de momenten dat de set gaat vlammen (door oude favorieten) blussen ze het al snel af door weer iets rustigers te gaan spelen. En ok, Is A Robot is wel een erg lekker nummer dat ook live goed klinkt. En ja, Roses was weer van de partij. Maar verras ons eens met iets aparts, qua nummers. Wat wil ik graag Hotellounge eens horen, of Secret Hell. Nummers die je ziel raken. En waarom toch zo voorspelbaar afsluiten met Suds & Soda. Een te gek nummer dat ik graag wil horen, maar gooi het midden in de set en pak het door met wat andere hoogtepunten. Zodat je naar het einde toe in de spanning blijft over wat de toegift gaat worden. Helaas. dEUS blijft eigengereid doen wat ze wil. Misschien leuk voor de band, maar minder voor het publiek. Waar een concert van dEUS vroeger een happening was waar je bij moest zijn, naar uit keek en waarbij de hoge verwachtingen werden ingelost, lijkt de band nu een gedegen vakmachine geworden, die in coole promotiefoto’s en een uitgekiende lichtshow de afstand bewaart en me niet echt meer weet te raken.