Lawless

Drie eigengereide broers die in de jaren dertig in Amerika illegaal drank stoken en verhandelen houden zich staande tegen een gestoorde agent uit Chicago die eist dat ze een deel van hun winst afstaan. Aangezien ze dat niet doen volgt er een keiharde en bloederige strijd.

Some violence on the left, some ultra violence on the right. De jongen die vroeger nog geen varken kon afmaken, schiet aan het einde van de film dan toch nog iemand door het hoofd. Yeehaw!

Het script is van de hand van Nick Drake. Een beroemde muzikant die op basis van dit script beter in de muziek had kunnen blijven wat mij betreft (al was ik daar ook al geen fan van hem). De karakters uit de film worden nergens meer dan typetjes en het verhaal, dat op ware gebeurtenissen is gebaseerd is flinterdun en toont dat niet van alle ware gebeurtenissen een film gemaakt hoeft te worden. De enige die het scherm naar zich toe trekt is Gary Oldman, maar zijn rol is ver onderbelicht en zijn tijd op het scherm bijna verwaarloosbaar.

Het feit dat geen van de eendimensionale karakters ook maar een greintje empathie op weten te wekken doet de film dan ook weinig goeds.

Wat blijft er dan nog over? Some violence on the left, some ultra violence on the right…

En zo eindigt dit zevende PAC festival, met twee hoogtepunten en drie toch wat tegenvallende films. De top 5? Amour – Jagten – The Perks Of Being A Wallflower – Trouble With The Curve – Lawless.

Trouble With The Curve

Voor het eerst tijdens het PAC festival is er een verrassingsfilm. Nu heb ik eigenlijk geen goede ervaringen met verrassingsfilms, omdat ze meestal tegen vallen. Dat is helaas nu ook weer het geval.

We hebben de grumpy old baseball scout Gus (Clint Eastwood), koppig als wat moet hij niets van computers en statistieken weten. Hij zoekt naar talenten voor de Atlanta Braves door naar wedstrijden te gaan en zijn kennis van het spel te gebruiken. Het heeft in de loop der jaren al menig klinkende naam voortgebracht.

Dan is er zijn dochter Mickey (Amy Adams), waar hij nauwelijks contact mee heeft, die advocaat is bij een grote firma en op het punt staat een zaak te winnen waarmee ze een partnership in de firma tussen oude mannen krijgt. Ze is net zo koppig als haar ouwe.

Verder heb je een andere scout Johnny (Justin Timberlake), een veelbelovend talent, ooit ontdekt door grumpy, echter niet goed ingezet door zijn team waardoor hij blessures kreeg, niet meer kon spelen en nu zelf maar scout is geworden.

Het contract van de al bijna bejaarde Gus loopt ten einde, hij begint last te krijgen van staar, zijn baas vertrouwt het allemaal niet en stuurt een andere medewerker achter hem aan om in het geniep een tweede mening te vormen als grumpy er op uit gaat om zijn oordeel te vellen over een veelbelovende honkballer, waar de Braves eigenlijk al hun zinnen op hebben gezet. Gus’ beste vriend Pete vraagt Mickey om met Gus mee te gaan om een oogje in het zeil te houden. Tijdens het scouten komt ook Johnny in the picture.

Zal Gus het juiste oordeel vellen en weer op goede voet komen met zijn dochter? Zal Mickey beseffen waar het om draait in het leven en weer op goede voet komen met haar vader? Is Johnny de ‘love interest’ waar Mickey niet op had zitten wachten? Zal het arrogante boontje dat alleen op statistieken vertrouwt om zijn loontje komen? Is de paus katholiek?

Trouble With The Curve is zo ongelooflijk voorspelbaar, dat echt alles afhangt van de acteerprestaties en onderlinge chemie. Het acteren is van redelijk niveau en het spel tussen vader en dochter en tussen dochter en jonge scout kan er mee door. Maar dat is niet goed genoeg. Zeker Clint Eastwood herhaalt zichzelf in dezelfde soort rollen en speelt het dan ook met twee vingers in zijn neus. Justin Timberlake speelt het braafste jongetje uit de klas, een rol waar verder niet veel uitdaging in zit. Amy Adams’ rol is dan nog het meest bevredigend, ook omdat zij de enige is die tussen drie vuren zit en als enige echt persoonlijke groei doormaakt.

Hollywood op zijn zoetst, zou je kunnen zeggen. Eind goed, al goed. Wat mij betreft iets tè ongevaarlijk vermaak.

Jagten

Lucas was leraar op een school die is gesloten. Nu werkt hij in de kinderopvang, waar hij een gewaardeerd collega is. Hij heeft een fijne vriendenkring, worstelt een beetje met zijn scheiding en leert een spontane vrouw kennen waarmee hij een relatie begint. Als het kleine dochtertje van zijn beste vriend op het kinderdagverblijf een opmerking maakt die seksueel getint is en Lucas in een verdacht daglicht stelt is het een kwestie van dagen voordat Lucas leven finaal verwoest raakt.

De kijker weet (bijna zeker) dat de beschuldigingen vals zijn. Je ziet hoe de omstandigheden waarin het kind tot die bepaalde uitspraak komt. Er volgt een gesprek met het kind (zonder de ouders!) dat uiterst suggestief is, waarna het de kraan open zet voor vooroordelen, snelle en ongefundeerde conclusies en agressief gedrag jegens Lucas. “Er is geen reden tot paniek”, meldt de voorbarige directrice aan de nietsvermoedende ouders tijdens een bijeenkomst. “We volgen de gemeentelijke procedure”.

Het wordt een vonnis zonder rechtspraak, een heksenjacht met een brandmerk tot gevolg, waar je nooit meer los van komt.

Zeer aannemelijk wordt neergezet hoe de bange mens reageert, zonder te beseffen wat de gevolgen zijn. Die gevolgen zien we ook in de film en die zijn niet gering. Niet alleen voor Lucas, maar ook voor zijn zoon bijvoorbeeld en zelfs voor de bange mensen zelf. Lucas probeert zich niet van zijn stuk te laten brengen, gaat de confrontatie aan, simpelweg omdat hij weet dat hij onschuldig is, een gevecht dat nauwelijks te winnen valt, omdat bijna iedereen hem laat vallen. Mads Mikkelsen toont zijn overtuigende kwaliteiten als acteur, gevangen in een neerwaartse spiraal, vechtend tegen onrecht.

Een intense (geacteerde) film die laat zien dat we soms goed willen doen, terwijl dit fout kan zijn, dat we aan de oppervlakte beleefde mensen zijn, maar dat het beest heel gemakkelijk naar die oppervlakte kan komen als het mis gaat en we dan de vinger heel graag wijzen naar een ander.

Je zou jezelf nog af moeten vragen of je de acties tegen Lucas wel goed zou keuren als hij het wèl zou hebben gedaan…

The Perks Of Being A Wallflower

De jongen loopt naar buiten, de sneeuw in. Hij blijft staan. Ik denk bij mezelf, nee, niet gaan liggen en dan een sneeuwengel maken.

Deze boekverfilming is de ontdekkingsreis van een muurbloempje, de outcast die opgenomen wordt in een groep van gelijkgestemden en via hen in aanraking komt met het echte leven, zowel de vrolijke als treurige kant.

De film barst uit zijn voegen van de clichés. Dit is geen film voor mij. Dit is een film voor jongeren die niet weten wie David Bowie is, die alles voor het eerst ontdekken en denken, of het gevoel hebben dat ze de eersten zijn. De film benadrukt het zelf ook nog even in de laatste woorden van de voice-over. Dat neemt niet weg dat de film me wel degelijk had kunnen pakken, zoals bijvoorbeeld Donnie Darko dat wel optimaal deed. In The Perks Of Being A Wallflower komt het gewoon niet over. In de cliché verpakking zitten al die universele gevoelens die me nergens weten te raken. Misschien heeft het te maken met de vertolkingen. Emma Watson maakt geen indruk en Logan Lerman (de muurbloem) mist subtiliteit. Van de drie hoofdpersonen is het spel van Ezra Miller (uitermate creepy in We Need To Talk About Kevin) het enige dat me nog weet te raken, terwijl ook zijn karakter een uitvergrote platitude is. Hij scoort dan voornamelijk in de grappen sectie. De echte pijn, de ‘teenage angst’ is wat mij betreft nergens voelbaar en het ‘grote’ geheim dat aan het einde boven water komt heeft niet echt (meer) een doel in de film, waarna er ook net zo gemakkelijk weer overheen wordt gestapt.

Na afloop krijgt de film een luider applaus dan Amour. Misschien omdat het wat vreemd was om voor die vorige film te klappen? Ongepast zelfs, omdat men te vol zat met verdriet? Ik mag het hopen.

Amour

Het zevende PAC festival al weer en eindelijk is mijn dochter zestien geworden en mag ze mee! Een flinke inwijding, met vijf films op één dag. Ze zal het niet alleen glorieus doorstaan, we hebben ook uiteindelijk dezelfde top vijf.

Het begint irritant. De film is begonnen en de hele zaal is muisstil, op iemand direct achter mij na die om 10:30 uur een flinke zak chips op zeer luidruchtige wijze zit te verorberen. Gelukkig stopt het opeens even abrupt als het was begonnen.

De trailer van Amour komt heel anders over dan de film. Ik had (weer) een film verwacht vol haat en nijd met een cynische titel die de lading dus niet zou dekken. Geen idee waarom Haneke de mensen op het verkeerde been zet. Aangezien ik een groot fan ben, heb ik zijn hele oeuvre gezien, maar een film zoals deze zat er nog niet eerder bij.

Het gaat over een oud stel waarvan de vrouw een herseninfarct krijgt. Ze is daarna half verlamd, aangewezen op een rolstoel en de hulp van haar man. Dat is het. Daar gaat de film over. Wat het voor dit echtpaar inhoudt. Van zeer alledaagse en basale handelingen (het naar de wc gaan) tot alles wat er in het hoofd afspeelt. Het wordt ongelooflijk fijnzinnig in beeld gebracht. Al vanaf de eerste non-verbale beelden, waarin we alleen maar het stel bij een klassiek concert zien en daarna samen in de tram zien zitten, wordt hun liefdevolle relatie in slechts enkele secure penseelstreken perfect neergezet. Het gaat verder, als ze een eitje voor hem kookt, hij tegen een leeg zoutvaatje aanloopt, zegt dat het leeg is, maar wel zelf op staat om het bij te vullen. In Amour lijkt weinig te gebeuren, maar er gebeurt zo veel voor wie verder kijkt.

De aftakeling van de vrouw zet verder in. De lange vaak statische shots zijn van een tragische schoonheid, als stille getuige van welk leed zich hier afspeelt, maar ook wat een liefde zich tentoonspreidt. Bijna de gehele film vormt zich een minuscule laagje traanvocht over mijn oog, dat komt en gaat, als een minimale versie van eb en vloed, die geen van beiden door willen zetten. Tot tranen toe geroerd zou je kunnen zeggen. Aan het einde biggelen er dan toch nog een paar over mijn wangen.

Als de film voorbij is moet ik echt even bijkomen, omdat ik nog vol ontroering zit. Twee mensen naast mij omhelzen elkaar heel lang, zoeken en vinden troost bij elkaar. Deze absurd mooie film laat de ultieme daad van liefde zien. Het is in die zin een geheel andere film dan we gewend zijn van Haneke. Het bevestigt echter dat hij een meester van de cinema is. Zowel de film zelf als de vertolkingen zijn van ongekende klasse. Het is (misschien wel) de mooiste film van dit jaar.

Als de lichten in zaal weer aan zijn en de meeste mensen even de benen gaan strekken, wat cafeine inslaan, een luchtje happen of juist wat rook inhaleren hoor ik achter mij een man zeggen dat hij er echt niet tegen kon en heel zachtjes tegen de dame naast hem had gezegd dat ze wel heel luidruchtig zat te eten. Bless him!

Ps. Als ik deze recensie aan mijn vrouw voorlees, krijg ik opnieuw een brok in de keel en wellen er tranen in mijn ogen. Het laat zien hoeveel indruk de film heeft achter gelaten.

Shame

PAC Festival, Pathe Tuschinski Amsterdam, 5 februari 2012

Doe eens twee flinke passen naar voren, dan twee naar rechts en herhaal dit nog twee keer. Bedenk je eens dat je in dit vierkantje van 4m2 elke dag zit, acht uur lang. Je zou er toch gek van worden, nietwaar? 4m2 is de minimale afmeting van een standaardwerkplek zoals (wettelijk) vastgelegd in NEN (NEderlandse Norm) 1824. Alleen dat is al genoeg reden voor de mens om uitvluchten te zoeken. Zzoeken in extremen die je binnen het afgebakende gebied laten voelen dat je leeft. Extremen waar je verslaafd aan kunt raken. Gokken, drugs, seks…

Seks is waar het in het leven van Brandon Sullivan om draait. Het is zijn enige doel, omdat het een verslaving is. Iedere mogelijkheid benut hij om in welke vorm dan ook met seks bezig te zijn. De dag begint met zelfbevrediging onder de douche. Op zijn werk gaat hij naar de wc om te masturberen. Elke leuke vrouw in de metro op weg naar huis is een potentieel object. Thuisgekomen gaat de laptop aan voor online mogelijkheden of er komt een call girl langs voor betaalde seks. Liefde is geen onderdeel meer van zijn leven, want het staat in de weg van het doel, de platte beleving op zich. Het is de vraag of hij er nog echt genot aan beleeft. De obsessie van de verslaving staat dit waarschijnlijk in de weg.

Als zijn zus tijdelijk bij hem intrekt, wordt hij iets bewuster van zijn gedrag, waarbij hem onbedoeld een spiegel wordt voorgehouden. Maar wederom is hij alleen maar met zichzelf en zijn doel bezig, waardoor hij geen oog heeft voor haar problemen.

In tegenstelling tot A Dangerous Method eerder deze dag, wordt in deze film weinig benoemd, beredeneerd of uitgelegd. Juist dat is zo mooi, want alles klopt aan deze film, waarbij je er zo veel uit kan halen zonder dat het voorgekauwd wordt. Dat is dankzij het foutloze script, de intense en niets verhullende vertolkingen van Michael Fassbender en Carey Mulligan, het prachtige camerawerk met vaak hele lange shots om je te doordringen van de sfeer van het moment en de eigenzinnige regie van Steve McQueen. Eigenzinnig op een manier dat hij (nu al) een auteur is met een eigen taal.

Om toch even stil te staan bij het niets verhullende aspect: dat is tweeduidig. Figuurlijk en letterlijk. Dat heeft temaken met het vertrouwen dat er tussen Fassbender en McQueen is. Na hun eerste samenwerking in het ook al zo intense debuut van de regisseur (Hunger), heeft de acteur lak aan zijn inmiddels grote status en laat zichzelf helemaal naakt zien. Hierover maakte George Clooney een grap toen hij een Golden Globe in ontvangst nam. Ook al had hij die prijs in zijn handen, ik kan me indenken dat hij stiekem een beetje jaloers was op Fassbender, die zo volledig en (bijna) zonder restricties de intense en rauwe realiteit gestalte geeft in een film ontdaan van elke Hollywood glans.

Shame is een meedogenloos en diep droef portret, meesterlijk gevangen binnen de kaders van een wit doek. Ik ben blij dat de projecties op dit doek mij voldoende escapisme geven om me niet geheel gevangen te voelen in de ondraaglijke lichtheid van het bestaan.

Hodejegerne (Headhunters)

PAC Festival, Pathe Tuschinski Amsterdam, 5 februari 2012

Tijdens dit filmfestival verlaten de meeste mensen na elke film de zaal, om te plassen, roken, iets te eten of drinken of gewoon om de benen te strekken. Tussen iedere film zit een half uur. Dat is wat mij betreft iets te lang. Maar de pauze tussen de derde en vierde film is echt veel te lang. Maar liefst anderhalf uur. Het geeft de mensen een ruime mogelijkheid om uit eten te gaan. Mij gaat het echter om de films. De tijd ertussen is een noodzakelijk kwaad. Omdat het de hele dag duurt is het fijn dat je iets warms kunt eten in de avond. Maar een whopper of wok heeft niet veel tijd nodig en beiden zijn te vinden aan de overkant. Misschien dat veel bezoekers er echt een dagje van maken en ook uitgebreid uit eten gaan, de tijd daar voor willen nemen. De organisatie zou eens een enquxeate onder de bezoekers moeten houden. Daarin zouden de wensen naar voren kunnen komen, alsook de beoordeling van de films, wat voor een programmeur toch interessante informatie kan bevatten.

Met de buikjes vol en de plaatsen weer ingenomen luidt de korte film Rumoer van Jan Doense de avond in. Ik schreef eerder over deze film en dat hij in roulatie zou gaan in combinatie met de Noorse thriller die we hierna te zien krijgen. Ook nu staat Jan, dit keer in gezelschap van scenario schrijver Phil van Tongeren, weer op het podium en kondigt hij zijn film even kort aan, met nog een smeuig detail dat beide hoofdrolspelers (Victor Low en Mirjam de Rooij) een stel vormden, maar onlangs uit elkaar zijn gegaan. De film heeft hier niets mee te maken, voegt Doense er nog snel aan toe. Voor een uitgebreid verslag van Rumoer klik je hier.

Hodejegerne oftewel Headhunters dan nu. Roger Brown is kort van stuk. Om dat te compenseren heeft hij een mooie lange vrouw, een heel duur huis en een goede baan als ‘headhunter’ om de boel te bekostigen. Maar het is een heel duur huis en bang om zijn vrouw te verliezen koopt hij veel te dure presentjes voor haar. Omdat het geld ergens vandaan moet komen heeft hij een uiterst slimme, doch volledig illegale oplossing gevonden. Hij steelt schilderijen. De manier waarop maakt het zo slim, maar de hebzucht en afgunst komen hem uiteindelijk duur te staan.

Het zijn de overbekende elementen, waarin geld en misdaad hand in hand gaan. De uitwerking zou dan de doorslag moeten geven voor het slagen van de film. Dat is best aardig gedaan. Het gegeven wordt best origineel uitgewerkt en de kijker wordt in spanning gehouden over of en hoe Roger zich uit de benepen situatie waarin hij verzeild is geraakt zal redden. Daarbij wordt het karakter van enkele relaties express vaag gehouden, zodat je je af blijft vragen wie nu trouw aan wie is. De spanning wordt echter nergens echt groot, omdat inleving/identificatie met de betrokkenen niet echt tot stand komt. Daarbij wordt het luchtig gehouden, door komische vondsten, die echter een stuk minder origineel zijn. xc9én belangrijke riekt (pun intended) zelfs naar jatwerk. Dit alles maakt de film tot een aardige thriller, maar niet veel meer dan dat.

Intouchables

PAC Festival, Pathe Tuschinski Amsterdam, 5 februari 2012

Wij hadden er bewust voor gekozen. Tijdens onze vorige vakantie in Frankrijk huurden we met vrienden een deel van een heus kasteel. Het mooie was, dat ook het door ons gehuurde deel nog in originele staat was. Portretten van voorouders hingen in de zitkamer, kunstobjecten stonden her en der tentoongesteld, we sliepen in een heus hemelbed.

Voor de hoofdpersoon uit de film is het een toevalligheid dat hij in zo’n omgeving terecht komt. Hij loopt sollicitatiegesprekken af met als enige doel zijn briefje voor de sociale dienst getekend te krijgen, zodat hij weer van zijn uitkering kan genieten. Als hij bij de schatrijke (blanke) Philippe komt, loopt hij meteen tegen het eerste probleem aan: Philippe kan het briefje niet tekenen, want hij is verlamd van zijn tenen tot zijn kin. Philippe daagt Driss uit om de baan waar deze niet voor kwam aan te nemen en zijn persoonlijke verzorger te worden.

De aparte tegenstelling in werelden die op mooie, maar vooral zeer ludieke manier botsen is subliem weer gegeven in deze Franse komedie die gebaseerd is op ware gebeurtenissen. Die tegenstelling zit hem ook op diverse niveaus. Het heeft natuurlijk te maken met de handicap, maar ook het milieu, de achtergrond van de personages, hun instelling en hun karakter. Tegengestelder kun je het niet bedenken. Al direct in de eerste scène, een vooruit blik op de twee personen die ons dan nog niets zeggen, wordt de toon op hilarische en unieke wijze gezet. Het knappe is dat de humor daarna maar blijft komen. Het is vooral Driss die Philippe op een frisse manier naar zijn/het leven laat kijken. Hem weer plezier geeft in dat leven, ondanks zijn beperking. Maar omgekeerd heeft Philippe ook zijn invloed op Driss. De mannen brengen het beste in elkaar naar voren.

50/50 was zo’n film waarin een zeer dramatisch element op komische wijze wordt belicht. In die film kwam noch het één, noch het ander echt goed uit de verf, waardoor het een beetje mislukte. In Intouchables ligt de nadruk op de humor. Dat dit ten koste gaat van het dramatische element is totaal geen probleem, want het gaat er juist om dat je de ellende om probeert te buigen naar iets moois, iets hoopvols en daar slaagt deze film volledig in.

Ik ben niet de enige die daar zo over denkt, want het is de eerste en enige film vandaag die een groot applaus krijgt aan het einde.

A Dangerous Method

PAC Festival, Pathe Tuschinski Amsterdam, 5 februari 2012

Het is altijd leuk om de mensen om je heen te bekijken. Het valt dan op dat niet iedereen hier de hele dag vol zal maken. Twee rijen voor me heeft iemand het er (in het Engels) over dat hij nog moet werken en dat hij de vierde film dus niet kan zien. Naast mij is een gereserveerde plek, maar uiteindelijk onbestemd omdat niemand hem in bezit gaat nemen. Straks, na de vierde film zal een meisje haar jas aan trekken en ze wenst haar vrienden veel plezier met de laatste film. Voor mij nemen vier mensen plaats die bij de vorige film nog afwezig waren. A Dangerous Method kan beginnen.

David Cronenberg is één van die regisseurs die een belangrijke invloed heeft gehad op mijn filmbeleving. Toen ik nog jong en onbedorven was, ontdekte ik de wereld van de griezelfilm in de verlaten bovenkamers van Videotheek Sloterplas. Van de stoffige planken trok ik The Brood en Rabid. De body horror van de Canadese regisseur intrigeerde mij mateloos, met als persoonlijke hoogtepunten Shivers, Scanners en natuurlijk het geniale Videodrome. De man heeft zich in de loop der jaren verder ontwikkelt, met verrassende films als A History Of Violence en Eastern Promises tot gevolg. Maar het viel me ook wel eens tegen, zoals in Naked Lunch of Spider.

Zijn nieuwste film gaat over een man, diens baanbrekende werk, zijn meest briljante leerling en een Russische vrouw die roet in het eten gooit. De man heet Sigmund Freud, diens werk de psychoanalyse, zijn leerling Carl Jung en de vrouw Sabina Spielrein. Maak daar maar eens een boeiende film van! Dat lukt dan helaas ook niet. Het lijkt wel alsof het een film van dubbele lengte was waaruit alle sjeu uit weg is gesneden, waardoor we achterblijven met drie pratende hoofden, die alles benoemen, beredeneren en uitleggen. Meermaals lijkt dit wegsnijden zelfs letterlijk gebeurd te zijn, zoals in het begin als Spielrein in therapie komt bij Jung, deze haar zegt dat hij weg moet (militaire dienst, “niemand ontkomt er aan”, zegt hij nog), waarna hij in de volgende scène vrolijk haar kamer binnenkomt en zegt, ik ben er weer. Het nut hiervan ontgaat mij geheel.

Ik kom maar niet in deze film, aangezien het geen moment interessant wordt. De uitwisseling en toepassing van vernieuwende ideeën betreffende de behandeling van patiënten zou enerverend kunnen zijn. Maar hier wordt het zonder passie en gortdroog weer gegeven. Dat is zeker ook te wijten aan de twee mannelijke hoofdrolspelers, of moet ik zeggen, hoe ze geregisseerd zijn. Topacteurs Viggo Mortensen (Freud) en Michael Fassbender (Jung) praten net zo monotoon als dat hun gilet naar de rook van sigaren ruikt. Deze film is nog saaier dan de vorige! Ik heb moeite om mijn ogen open te houden, terwijl een praatfilm wel degelijk boeiend kan zijn. In de scènes waar wel wat actie is speelt Keira Knightley vaak een rol. Als patiënt Sabina Spielrein (waarom praat zij in hemelsnaam als enige met een accent?) wordt haar hysterische optreden in het begin van de film al snel vervelend, om niet te zeggen afstotelijk. Verder is het knap te noemen dat een scène waarin ze topless (!) wordt gegeseld op een bed verre van opwindend is.

Misschien moet ik toch maar eens Hysteria gaan kijken. De film waarin hysterische vrouwen tot rust komen door het gebruik van een vibrator. Hoewel ook deze film seks als grondslag heeft en ook hier daarvan nauwelijks iets te zien is, schijnt dit wel op onderhoudende wijze te zijn verfilmd.

Albert Nobbs

PAC Festival, Pathe Tuschinski Amsterdam, 5 februari 2012

Ondanks of dankzij het slechte economische klimaat werden er in 2011 maar liefst 30 miljoen filmkaartjes verkocht. Hiermee werd het record van 2010 overtroffen. Het schijnt zo te zijn dat als het economisch niet goed gaat, mensen eerder c.q. vaker naar de film gaan, om de ‘ellende’ van alledag te ontvluchten. Ook nu zit Tuschinski weer bomvol. Drommen bezoekers banen zich een weg over het nieuwe handgeknoopte tapijt – dat fantastisch veert onder de voeten, maar in het begin nog heel veel wolpollen geeft – richting de mooie grote hoofdzaal, om een plekje in te nemen op de stoel waar ze de hele dag op zullen doorbrengen. De zesde editie van het PAC film festival is begonnen, waarin ons wederom vijf films worden gepresenteerd die pas (veel) later officieel in première zullen gaan. Programmeur Laurens van Laake was al weg bij Pathé, maar zou aanblijven als programmeur. Dat is dus voor slechts deze keer geweest, want voor de laatste keer betreedt hij het podium om ons welkom te heten, de mededeling te doen dat het zijn laatste keer is, waarna hij kort de films introduceert. Hij heeft het dit keer niet over het overtreffen van de vorige editie. Mijns inziens bij voorbaat al terecht, want er staan wat films bij waarvan ik geen al te hoge verwachtingen heb. We zullen zien.

Het is zondagochtend, 10:45 uur en de eerste film wordt gestart.

Ik heb er niets mee, mannen die zich als vrouw verkleden, of omgekeerd. Ik vind het niet grappig (want dat is toch meestal de bedoeling) en vaak verre van geloofwaardig (je ziet toch wel dat er op zijn minst iets niet klopt?) terwijl in de film iedereen er in trapt. Dit keer staat de grap niet voorop. Het verhaal gaat over een vrouw die zich voordoet als een man om zich in het Ierland van de 19e eeuw financieel staande te kunnen houden. Daar heb ik dan meteen een probleem mee, want ze/hij werkt als butler in een hotel, waar ook vrouwen werken. Ze had dus mijns inziens ook gewoon als vrouw aan de slag kunnen gaan. Uit de film blijkt niet dat mannen eerder werk vinden. Het is een moeilijke tijd voor iedereen, zoals een jonge man die bij een ander hotel werkt zal ondervinden. Maar goed, ik dwaal af. Afgezien van het obstakel dat een vrouw een man speelt, is het ook nog eens Glenn Close, een actrice waar ik normaliter al niet graag naar kijk, maar nu wordt dat helemaal vervelend. Dat is natuurlijk puur persoonlijk en verder niet onderbouwd, maar ik ben er nog niet en het zakelijke deel volgt. Het simpele verhaal ontvouwt zich al snel. Nobbs spaart zijn centen om ooit een eigen zaak te kunnen beginnen. Hij komt in contact met een gelijkgestemde en ziet in dat hij met een vrouw aan zijn zijde meer kans zal hebben. Hij zet daarom in op een collega die hij onbeholpen het hof probeert te maken.

Hoe serieus dit ook gespeeld wordt, de film lijkt wel een klucht. Het uitgangspunt zorgt natuurlijk al voor zogenaamd grappige situaties. De gelijkgestemde die Nobbs ontmoet heeft een verrassing in petto, die iedereen met een paar ogen in zijn hoofd al direct aan ziet komen, maar het wordt gepresenteerd als een dolkomische openbaring. Dan komt ook nog een groot punt van ongeloofwaardigheid om de hoek kijken. Nobbs moet echt wel een gigantisch schoolbord voor zijn kop hebben wil hij geloven dat een mooie jonge vrouw voor hem zou vallen. Afgezien van het feit dat hij zich verkleed als vrouw en onaantrekkelijk is, is daar ook nog een enorm leeftijdsverschil (Glenn Close is 64 en Mia Wasikowska 22). Voor de grote lijn probeert de film zijn gezicht in de plooi te houden en het drama van de situatie te benadrukken. Tevergeefs. Het verhaal is namelijk zeer voorspelbaar, de grollen ondermijnen de emotionele lading, maar bovenal is het gewoon saai, traag en vreselijk statisch. En het duurt lang. Maar liefst 114 minuten. Met grote moeite worstel ik mij door deze ellende heen.